De coronacrisis vraagt aanpassingen van het onderwijs. Waar moet u als school rekening mee houden? Hier vindt u vragen en antwoorden over examinering. De vragen en antwoorden worden steeds geactualiseerd en aangevuld. Kijk daarom regelmatig op deze pagina!
Volg voor actuele informatie de website van het College voor Toetsen en examens. Vragen kunt u stellen via examenlijn@cvte.nl.
Alle examenplaatsen van DUO zijn voorlopig gesloten. De sluiting geldt in ieder geval tot en met maandag 6 april. Alle inburgeringsexamens tot en met 6 april gaan dus niet door. DUO regelt een nieuw inburgeringsexamen voor de kandidaat; deze hoeft niet opnieuw te betalen voor dit examen. Zie voor actueel nieuws www.inburgeren.nl
Alle examenlocaties zijn gesloten tot en met 6 april 2020. Zie voor actueel nieuws https://www.cvte.nl/actueel/nieuws/2020/03/10/coronavirus
Als examens nu niet kunnen doorgaan maakt de regelgeving mogelijk om ook twee examens (1e + herkansing) in dezelfde periode te mogen doen. Informeer de student hierover.
Voor de entreeopleiding geldt nog geen verplichting om mee te doen aan de centrale examens. De studenten doen een instellingsexamen; de scholen leggen de regelgeving daaromtrent zelf vast in het Onderwijs- en Examenreglement (OER). Doen studenten mee met de centrale examens, dan kunnen ze eventueel in dezelfde periode herkansen. Dat biedt wellicht voldoende ruimte om de studenten toch een tweede kans aan te bieden. Aanpassen van het OER kan niet zomaar (de onderwijsovereenkomsten zijn daaraan verbonden) en eventuele aanpassingen mogen niet ten nadele van de student zijn.
Voor het vavo gelden dezelfde regels en mogelijkheden als voor het reguliere voortgezet onderwijs. Zie de Q&A’s over het voortgezet onderwijs voor meer informatie.
De gewijzigde slaag-/zakregeling vindt u op https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2020/04/08/kamerbrief-tijdelijke-slaag-zakregeling-examens-vo.
De normale regels voor aanwezigheid blijven gelden tenzij de school of overheid andere regels stelt. Het verdient de voorkeur dat scholen kritisch kijken naar hun regels voor geoorloofd verzuim in deze bijzondere omstandigheden. Het blijft ter beoordeling van de school wat ongeoorloofd en ongeoorloofd verzuim is.
Kijk of vervanging mogelijk is. Zo niet, bekijk of het examen op een later tijdstip alsnog afgenomen kan worden. Is afgesproken dat, om de intersubjectiviteit te borgen, bij het examen in principe twee assessoren aanwezig zijn, dan kan daar in deze uitzonderlijke omstandigheden van worden afgeweken. Bekijk samen met de examencommissie op welke manier de objectiviteit zoveel mogelijk geborgd kan worden, bijvoorbeeld door (een deel van) het examen op te nemen of een uitgebreide toelichting te vragen van de beoordelaar in het beoordelingsprotocol.
Ja. Het beleid rond instellingsexamens is aan de school. Er is ruimte om hier intern afspraken over te maken.
Voor centrale examens geldt dat de school bepaalt hoeveel herkansingen er gedaan kunnen worden. De school is verplicht één herkansing aan te bieden, maar meer mag, zeker in deze bijzondere omstandigheden die om coulance naar de student vragen.
U kunt contact opnemen met de betreffende examenleverancier. Wellicht dat deze voor dit soort situaties alternatieve examens heeft liggen dan wel op heel korte termijn kan ontwikkelen. Denk daarbij aan simulatie op school of portfolio. Hierbij is het van belang dat de examencommissie later goed moet kunnen verantwoorden, waarom zij een bepaalde aangepaste werkwijze acceptabel vindt. Zie ook de handreiking ‘Verantwoord diplomabesluit’.
Dit kan met inachtneming van de corona-maatregelen: alle betrokkenen (examenkandidaten, docenten, surveillanten) zijn gezond en kunnen tot elkaar steeds 1,5 meter afstand houden. Bij het wachten voor en na afloop van het examen dienen allen aanwezigen het samenscholingsadvies in acht te kunnen nemen. Dit betekent dat de school moet zorgen dat voor de studenten duidelijk is wat de regels zijn op het schoolplein voordat ze naar binnen kunnen en dat er duidelijke bewegwijzering is zodat er geen opstopping in de hal kan ontstaan.
Ja, dit kan maar is uiteraard geheel afhankelijk van het type examen en hetgeen geëxamineerd wordt. Vaak vraagt dit een aanpassing van het exameninstrument. Bovendien is garantie nodig dat de student ‘geen hulp krijgt’ (authenticiteit). Er zijn geen specifieke landelijke richtlijnen hoe de kwaliteit wordt geborgd. Dit is de verantwoordelijkheid van de school en kan per type examen verschillen. De examencommissie moet later goed kunnen verantwoorden, waarom zij een bepaalde werkwijze acceptabel vindt (betrouwbaar, valide, transparant en vooral het issue authenticiteit verantwoorden). Dit vraagt een zorgvuldige wijze van communiceren, afstemming tussen bestuur, onderwijsteams, examencommissie en indien van toepassing examenleverancier.
Ja, dat kan als examinering op het leerbedrijf niet mogelijk is. Volg ook bij dit alternatief corona-maatregelen en bekijk op basis daarvan wat er mogelijk is. Dit vraagt een aanpassing (van de toepassing) van het exameninstrument. Stem hierover af met de examencommissie.
Het is mogelijk de vereiste aanwezigheid te laten vervallen. Wat de inspanning inhoudt is vastgelegd in de OER of verantwoordingsdocument. Daarvoor gelden geen landelijke regels. Het kan gaan om deelname aan projecten, het bijhouden van een portfolio, het maken van toetsen, deelnemen aan een minimaal aantal lessen, enz. Bij wijziging van deze inspanning is belangrijk dat de student hierover wordt geïnformeerd, zodat hij/zij weet waaraan hij/zij moet voldoen. Als de rechtspositie van de student hierbij niet wijzigt, is het informeren van de student voldoende.
Als een keuzedeel niet met een examen kan worden afgesloten, is er geen resultaat om te vermelden op de cijferlijst, behorend bij het diploma. Dit wordt uiteraard ook niet op het diploma zelf vermeld, aangezien niet behaald. Het is raadzaam dit wel aan te tekenen in het diplomadossier van de student. Aangezien er geen resultaat is kan ook geen resultaat van keuzedeel worden meegenomen naar een vervolgopleiding. Dit betekent dat op basis van het behaalde diploma geen vrijstelling zal zijn gebaseerd op betreffende keuzedeel.
Nee. In dit geval is er vanuit de AVG bezien sprake van een ‘gerechtvaardigd belang van de school’ en is toestemming niet nodig. In sommige online programma’s – zoals Teams - is het geven van toestemming ingebouwd. In dat geval moet in dat programma toestemming gegeven worden door de student.
Dit is aan de mbo-school. Studenten hebben het recht op doorstroom als ze een bepaald diploma hebben (bijvoorbeeld van 3 naar 4), maar de school mag ook andere doorstroomregels hanteren. Binnen het mbo biedt de WEB hiervoor al voldoende ruimte. In artikel 8.2.1 lid 6 staat: “Het bevoegd gezag kan in bijzondere gevallen personen die niet voldoen aan de vooropleidingseis voor een basisberoepsopleiding, vakopleiding, middenkaderopleiding of specialistenopleiding, vrijstellen van die vooropleidingseis, indien zij bij een onderzoek hebben blijk gegeven van geschiktheid voor het desbetreffende onderwijs.” Bij doorstroom binnen het mbo hoeven dus niet dezelfde regels gehanteerd te worden als bij de doorstroom van mbo naar hbo.