Mbo: Tastbaar, bevlogen onderwijs

27 juni 2023 12:00

De oproep aan mbo-professionals om vrijdag 16 juni af te reizen naar stadion De Galgenwaard voor de conferentie ‘MBO als speelveld’, was met een opkomst van ruim 300 deelnemers niet aan dovemansoren gericht. Logisch. Want zeg nu zelf: hoe vaak krijg je de kans om op één dag kennis te maken met zoveel collega’s én alle projecten van de MBO Raad? Een verslag.

Dat het ene speelveld het andere niet is, blijkt wel op deze zonovergoten junidag in De Galgenwaard. Hier is -hoe grappig-, het veld van de plaatselijke ‘FC’ een paar dagen ervoor vakkundig verwijderd om plaats te maken voor een nieuwe, groene mat. Het contrast tussen het tijdelijk onbespeelbare stukje buitenruimte en de conferentie binnen, een paar meter verderop, kan haast niet groter zijn. Hier staat juist alles in het teken van interactie en dynamiek, heerst een sfeer van ‘een gezamenlijke opbouw en alle ballen naar voren’, als mooie metafoor voor het speelveld dat het mbo anno nu is. Dat mbo-speelveld is groot, dus de keuze reuze voor de ruim 300 mbo-professionals die in drie workshoprondes hun licht kunnen opsteken over tal van thema’s, variërend van burgerschap, vitaliteit, LLO, alumni en leermaterialen tot intersectionaliteit, onderwijstechnologie, procesarchitectuur en kwaliteitsborging. Waarbij het plenaire deel pas na de eerste workshopronde is gepland, zodat iedereen, verse input in de pocket, nóg beter beslagen het speelveld betreedt.

Wiel van succes

Een wat vreemde eend in de bijt lijkt Trouw-journalist en auteur Henk Steenhuis, die zijn gehoor in de workshop ‘Succes is meer dan cijfers’ een spiegel voorhoudt over de keerzijde van dat door iedereen veelgebruikte woordje. “We leven in een tijd van ‘meetlatsucces’. Alles moet hoger, sneller, harder, beter en meer. Veel mensen hebben daar, ook studenten, onzeker door alle prestatiedruk, last van.” Met zijn ‘wiel van succes’ heeft Steenhuis een gesprekstool ontwikkeld waarmee mbo-professionals hun studenten een andere, meer realistische weg richting succes kunnen tonen, merken ook de deelnemers tijdens een een-op-een werkvorm, onder wie Talitha van den Elst, CvB-lid Nova College. “Het instrument sluit mooi aan op een van onze belangrijkste schoolthema’s: studentbegeleiding. We werken hard aan een professionaliseringsslag, want bij een goede opleiding hoort goede begeleiding. Studenten moeten groeien als mens, hun dilemma’s op tafel durven leggen. Goed om te weten dat we hier ook het ‘wiel van succes’ voor kunnen gebruiken.”

Elkaar bevragen

Succes, en de weg ernaartoe, loopt ook als een rode draad door het verhaal van oud-bobsleeër Arnold van Calker, tegenwoordig onderwijsmanager bij Noorderpoort in Groningen. Maar voordat de voormalig Olympiër het podium betreedt, is het woord aan Frank Bluiminck, directeur van de MBO Raad, die onder de indruk is van de hoge opkomst. “Als mbo leven we in een bijzondere tijd. We hebben geluk met een minister die met flair en charme als een ware ambassadeur opkomt voor het mbo, te maken met een arbeidsmarkt die hunkert naar mbo-opgeleide vakkrachten. Tegelijkertijd heeft politiek Den Haag wel de wil, maar niet altijd het oplossend vermogen om het onderwijsstelsel zo te hervormen dat wij ermee kunnen werken. Dus doen we het zélf, met elkaar, via tal van mooie projecten die stuk voor stuk in de basisopstelling staan van de FC MBO Raad. Het mbo is niet één speelveld, het zijn er heel veel, met heel veel thema’s. Belangrijk is daarom om het spel, de spelers en de spelregels goed te kennen door elkaar te bevragen. Een van de mooiste eigenschappen van ons mensen is dat we vragen stellen, nieuwsgierig zijn. Een vraag zet je in beweging, een antwoord zet zaken juist stop. Ik wens jullie vandaag dan ook veel plezier en vooral heel veel vragen toe.”

Toewijding boven alles

Een man die tijdens zijn topsportbestaan veel vragen op zich kreeg afgevuurd is Arnold van Calker, vooral tijdens en net na de Olympische Spelen van 2010 in Vancouver. Maar daarover zo meer. “Als atleet liep ik de 100 meter in 10,6 seconden, te langzaam om internationale prijzen te winnen. Ik was sterk en snel en sloot me aan bij het nationale bobsleeteam, met mijn broer Edwin als stuurman.” Vanaf 2002 stond voor Van Calker en zijn teamgenoten alles in het teken van het najagen van de Olympische droom, een route met de ‘t’s’ van talent, training, toeval, techniek, tactiek, trust, team en vooral veel toewijding. “Jongens met superveel talent, redden het vaak niet. Zij die keihard werken en er alles voor laten, komen er vaak wel. Hadden wij pijn na een afdaling? Dan gingen we toch wéér naar boven. Niet voor onszelf, maar om de piloot het vertrouwen te geven. Rare paradox eigenlijk.”

Verhaal zonder medaille

In aanloop naar ‘Vancouver’ (2010) gaat zo’n beetje alles mis. Een heftige crash (2009) op dezelfde (Olympische) baan met twee geblesseerden, de tragische dood van een Georgische rodelaar tijdens de Spelen zelf. “Mijn broer Edwin liep verdwaasd rond. Zoveel pech, al die crashes waren in zijn hoofd gaan zitten. Hij was bang geworden en durfde niet meer naar beneden. En dat na 20 jaar training en opoffering. Uiteindelijk zijn we niet gestart en naar huis gestuurd, mentaal kapot.” Er kwam veel commentaar op de keuze van zijn broer, maar het sentiment maakte langzamerhand plaats voor begrip. “Als team waren we geen team meer, toch gingen we verder uit liefde voor de sport. We werden vierde op het WK in 2012, 11e op de Spelen van Sotsji, waar ik zelf net buiten de bob viel. Mijn verhaal is een verhaal zonder medaille, maar mét moed, lef en durf. Dat voelt nog steeds goed.”

Onderlinge samenwerking

Een goed gevoel hebben ook de conferentiedeelnemers die om moverende redenen, maar allemaal met dat grote speelveld in gedachten, naar Utrecht zijn gekomen. Voor ROC Rivor, het kleinste ROC van Nederland, is het mbo-speelveld nog groter dan voor andere scholen, zegt beleidsmedewerker Joyce van Berlo, vandaag aanwezig om info te verzamelen en te netwerken. “Een thema als digitalisering van onderwijs is zo veelomvattend, daar hebben we echt kennis nodig van andere scholen. Gelukkig is de onderlinge samenwerking in de regio prima geregeld.” “Werken in het mbo is een stuk dynamischer geworden”, zegt Ingrid Roelofs, examencommissielid bij ROC Rijn IJssel, aan de tafel ernaast. “Dat merk ik ook op mijn vakgebied, waar we vanuit LLO gerichter met onze docenten samenwerken aan de ontwikkeling van een onderwijsvisie. Ook is er, in lijn met het Anders Verantwoord Diplomabesluit, meer aandacht voor het onderwijsdeel dan vroeger.”

Individueel maatwerk

Voor Marlies Kluit, als onderwijsontwikkelaar bij ROC Midden-Nederland ook druk met examineringszaken, is meedoen aan de workshops ‘deels herhaling’, maar ze vindt het vooral fijn om te horen hoe andere scholen taken oppakken. “Binnen het grote mbo-speelveld zijn zoveel verschillende speelvelden dat het noodzakelijk is om met en van elkaar te leren. Veel scholen zijn bijvoorbeeld bezig met onderwijs- en examineringstrajecten voor zij-instromers, wat een totaal ander verhaal is dan de bol- en reguliere opleidingen die op zich wel doorlopen. Wij bieden maatwerk op groepsniveau, maar proberen dat door te trekken naar individueel maatwerk. Ik ben wel benieuwd of collega’s uit het land daar ook mee bezig zijn en hoe.”

Inhoudelijke zoektocht

Twee collega’s met de nodige thema’s op hun bordje zijn Camille van Katwijk en Vivianne Weijnen, beleidsadviseurs onderwijs op ROC A12. “Momenteel zijn we druk met de onderwijscode en blended leren”, vertelt Van Katwijk, “om richting te geven aan de flexibilisering van onderwijs. Wij ondersteunen daarin de opleidingen, wat een behoorlijk inhoudelijke zoektocht is, omdat we moeten inspelen op de groeiende LLO-vraag en teams moeten prikkelen om hun onderwijsprogramma’s te vernieuwen.” Weijnen: “Het mooie van deze conferentie is dat je hoort waar andere scholen mee bezig zijn én tips krijgt hoe je landelijke ontwikkelingen binnen de school doorvertaalt naar de teams. Als adviseurs vormen we hierin een belangrijke schakel, maar moeten we ook weten wanneer we ons uit het proces kunnen terugtrekken.”

Wat wél, hoe niet

Jan van het Hoge, OR- en examencommissielid op het Drenthe College, herkent veel in de woorden van collega’s die hij vandaag spreekt over onderwijs- en examenthema’s. “Als examencommissie kijken we naar het juiste moment van toetsen en examineren, wat we kunnen neerleggen bij de teams en welke rol de ondersteunende diensten spelen. Want óók dat interne speelveld is groot. Wat er op landelijk niveau moet gebeuren is wel duidelijk, maar hoe lang niet altijd. Daar ligt ook een taak voor de MBO Raad, als kadersteller, om hierin voortouw te nemen en scholen gericht te adviseren.” Dat het mes hier aan twee kanten snijdt, blijkt uit de reactie van Nelleke Lafeber, Beleidsadviseur Kennispunt MBO Onderwijs & Examinering en workshopleider bij de workshop Valideren bewijsmateriaal #LLO. “Ik vind het fijn om medewerkers van verschillende scholen te ontmoeten. Door samen met hen ontwikkelingen te bespreken, krijg ik input om onze ondersteuning vanuit het Kennispunt beter in te richten. Win-win dus.”

Tastbaar en zichtbaar

“Mooi om te merken is dat een thema als de MORA Onderwijskwaliteit écht leeft. Door alle snelle veranderingen biedt een procesarchitectuur houvast bij de inrichting van het onderwijs”, zegt Bas Litjens, beleidsadviseur Strategie & Onderwijs bij de MBO Raad, na afloop van zijn workshop. “Deelnemers wilden hier iets mee doen, door samen te zoeken naar hoe je MORA implementeert. Ook de workshop ‘Mbo voor dummies’ was superleuk. Het enthousiasme en de verwondering van nieuwe mbo-medewerkers over het mbo is enorm inspirerend, ook voor mij als workshopleider.” Dat verbaast Talitha van den Elst, die we al eerder tegenkwamen, helemaal niet. “Het mbo-speelveld is vreselijk dynamisch en complex, maar vooral ontzettend leuk. Geen onderwijsvorm is zo tastbaar en zichtbaar, geen sector zo bevlogen als het mbo, door die positie middenin en tegelijkertijd door al die verbindingen mét de samenleving. Daar word ik blij van. Volgend jaar ben ik er weer bij!”