Sociale partners bereiken onderhandelaarsresultaat voor nieuwe cao mbo

04 juli 2025 12:00

Op 4 juli 2025 zijn de MBO Raad en de werknemersorganisaties AOb, CNV, FvOv en FNV Overheid tot een onderhandelaarsresultaat voor een nieuwe cao mbo gekomen. De nieuwe cao heeft een looptijd van 1 augustus 2025 tot 1 maart 2026. De MBO Raad legt dit onderhandelaarsresultaat met een positief advies voor aan haar leden.

Sociale partners spreken af dat lonen in de sector mbo per 1 januari 2025 structureel met 5,1% worden verhoogd.

Verkennen van een nieuw systeem van inzetbaarheid, verlof en professionalisering

In 2024 hebben werkgevers en werknemers in gezamenlijke bijeenkomsten door het hele land opgehaald wat er nodig is om het mbo aantrekkelijk te houden als sector om –duurzaam inzetbaar- in te werken. Van docenten en onderwijsteams wordt veel gevraagd: flexibiliteit, innovatiekracht en voortdurende professionalisering. De uitkomst van dit cao-overleg speelt daarop in:

Een belangrijke stap in dit onderhandelingsresultaat is de inrichting van zogeheten proeftuinen. Hierin krijgen onderwijsteams de ruimte om te experimenteren met alternatieve manieren van inzetbaarheid, verlof en professionalisering. De MBO Raad ziet deze proeftuinen als kansrijke initiatieven om maatwerk mogelijk te maken die aansluit op de behoeften van teams en individuele medewerkers.

Ervaringen uit de praktijk zullen worden benut als bouwsteen voor een toekomstbestendig systeem, dat aansluit bij de dagelijkse realiteit binnen het mbo. Deze ontwikkeling draagt bij aan het verstevigen van werkplezier, vergroten van professionele ruimte en de aantrekkelijkheid van de mbo-sector om in te werken. De komende periode worden de kaders en invulling voor de proeftuinen verder uitgewerkt.

Overige onderwerpen

De MBO Raad heeft met de vakbonden over diverse onderwerpen afspraken gemaakt. Zo wordt er een individueel keuzebudget in de sector geïntroduceerd en zijn er afspraken gemaakt naar aanleiding van de recente uitspraak van de Hoge Raad over samenloop van zwangerschaps- en bevallingsverlof met ‘overige dagen’. Ook wordt het aantal uur voor professionalisering voor niet-onderwijsgevend personeel gelijk getrokken met dat van onderwijsgevend personeel en heeft iedere werknemer jaarlijks recht op besteding van minimaal EUR 500,- aan scholing en/of professionalisering. Alle afspraken zijn te vinden in de bijlage bij dit bericht.